Duurzame Dinsdag: zo doen we dat bij Rijnbrink
Het is vandaag Duurzame Dinsdag. De perfecte gelegenheid om het thema duurzaamheid bij Rijnbrink onder de loep te nemen. Want hoe doen we dat hier eigenlijk? Collega Hans Bender neemt ons mee op een rondje door het pand.
Of hij zichzelf zou omschrijven als een duurzaam persoon? ‘Nee, dat eigenlijk niet.’ Toch is Hans degene die je moet spreken als het gaat over duurzaamheid binnen Rijnbrink. Hij denkt niet alleen mee over verduurzaming in de werkgroep Duurzaamheid, maar zorgt ook grotendeels voor realisatie van de plannen. Bij Rijnbrink, maar met evenveel passie ook voor bibliotheken in Overijssel en Gelderland als ze om zijn hulp vragen.
Lekker lokale koffie
Met een kop vers gezette bonenkoffie schuift hij aan in het werkcafé. Je zoekt er in eerste instantie niks achter, dat kopje koffie. Maar Hans legt uit dat zelfs voor dat bakkie pleur is nagedacht over duurzaamheid. ‘We kopen onze koffiebonen in Deventer. Lekker lokaal, zodat er minder reisbewegingen nodig zijn. En we schenken alles in glazen en kopjes. We zijn gestopt met wegwerpbekertjes. Het is wat meer afwas, maar dat hebben we er graag voor over’, vertelt hij lachend.
Kan het ook duurzaam?
Hans werkt al meer dan veertig jaar bij Rijnbrink. Wat begon als kratjes pakken, groeide uit tot het opzetten van de technische dienst en later het aansturen van een flink team. Als teamleider Facilitair, Logistiek en Collectie weet hij als geen ander wat er achter de schermen gebeurt.
‘Bij alles wat we doen, vragen we ons af of het ook duurzaam kan. Ledverlichting, bewegingsmelders, papier met een keurmerk. Maar ook hoe onze chauffeurs rijden. Niet als een idioot optrekken en dan weer keihard remmen. Doe maar gewoon normaal, zeg ik altijd.’
De dozen waarin we boeken leveren hergebruiken we tegenwoordig. ‘Dat idee kwam van ons. De bibliotheken vouwen de dozen op en wij nemen ze mee, want we rijden er toch al langs. Zo kunnen ze prima nog een ronde mee. Simpel, maar het scheelt flink wat afval.’
Verhuizen naar Deventer
In 2019 verhuisde Rijnbrink vanuit Arnhem en Nijverdal naar Deventer. ‘Dat was een goede zet. Dit pand is een stuk duurzamer en we maken nu veel minder reisbewegingen.’ Ondertussen werkt Hans ook hier hard aan verduurzaming. De koeling op het dak werd vervangen door een systeem dat minder milieubelastend is.
Op de bovenste verdieping van het pand laat hij de technische ruimte zien. ‘We hebben nu een cascademodel met drie cv-ketels. Die vervangen we binnenkort door één warmtepomp.’ Maar het zit hem niet alleen in techniek. Duurzaamheid bij Rijnbrink betekent ook: bewustzijn creëren en medewerkers stimuleren. ‘We promoten het om met het OV of de fiets naar werk te komen, we hebben een fietsplan en leenfietsen. En we zijn bezig met een dashboard waarin we bijvoorbeeld kunnen zien hoeveel energie we verbruiken of besparen. Zo monitoren we hoe we ervoor staan.’
Elektrisch rijden en slimme routes
Hans duwt de deur open naar het dak van het pand, het ligt helemaal vol met zonnepanelen. ‘We hebben er vierhonderd, verdeeld over de twee panden’, vertelt hij. De panelen wekken stroom op voor het pand en de elektrische bedrijfsauto waarmee we naar klanten rijden. ‘Die auto was een goed idee. We merken dat steeds meer collega’s hem gebruiken.’
De vrachtwagens van Rijnbrink rijden nu nog op AdBlue diesel. ‘Het is mijn grootste wens om alle vrachtwagens elektrisch te laten rijden, maar de techniek is daar nog niet helemaal klaar voor. De afstanden die wij afleggen zijn te groot. Maar we zijn er wel mee bezig. In 2026 willen we twee elektrische wagens hebben.’
Ook het transport zelf organiseert Hans steeds slimmer. ‘Vroeger reden we kriskras door de regio. Nu plannen we de routes zo dat we minder kilometers maken. In vakanties bellen we de bibliotheken zelfs op: moeten we echt langskomen? Het duurzaamste is tenslotte níet rijden.’
Nog niet alles is perfect
Hans is nuchter en eerlijk. ‘We doen het heel goed, maar het kan altijd beter.’ Afval scheiden is bijvoorbeeld nog een uitdaging. ‘Dat ligt deels ook bij de gemeente, die dat nog niet overal faciliteert. Maar we moeten zelf ook kritischer worden. Op het gebruik van materialen bijvoorbeeld. We zijn geneigd om snel iets nieuw te kopen, maar als het oude nog prima werkt dan is vervangen zonde.’
Ook de lunch in het werkcafé kan groener. ‘Steeds meer collega’s kiezen bewust voor een vegetarische lunch. Ik sta er zeker voor open om vaker vegetarische opties aan te bieden, al vind ik ook dat mensen zelf moeten kunnen beslissen wat ze eten.’
Denk mee en deel jouw duurzame ideeën
Hans sluit af met een wens. ‘Ik hoop dat collega’s en bibliotheken vragen stellen. Ideeën aandragen. Meedenken. Iedereen in ons pand kan iedere dag bijdragen aan duurzaamheid, als je er maar op let. Als bibliotheken vragen hebben, dan denk ik graag met ze mee. En laten we vooral ook de samenwerking opzoeken, want ik geloof dat we collectief een nog groter verschil kunnen maken. Laten we het gesprek blijven voeren!’